Bijna half
juli. Kijkend naar buiten zie ik miezerregen en een boom die al druppels laat
vallen. In de verte komt een lichte lucht mijn kant op, gestuurd vanuit een
plek waar de zonnestralen al weer zijn verschenen.
De lusten en
lasten van de zonnige periode achter me, draag ik duidelijk met me mee. De lust
van een al wat bruinig velletje, een gezicht wat, volgens velen, een gezonde
kleur krijgt. Op zich al een wonder, aangezien ik me bescherm met een Nike die een klep van hier tot achterkant tuin
heeft. Onder een vrolijke, met gekleurde bollen, parasol zit. Daarnaast me ook
nog insmeer met een factor waar je eigenlijk gewoon wit van wilt blijven. Dat
gezonde nou ook niet helemaal klopt. Toch is er echt een bruin tintje te zien
en egaal… jazeker!!! Het strandkind in me verloochent zich niet.
De last,
zucht! Op foto’s van jaren geleden (hoelang gaat jullie niets aan, maar lang)
was het al te zien. Ik heb iedere zomerse zomerperiode dezelfde last. Heb er
alles al aan geprobeerd, tot afplakken aan toe. Klodders factor ‘’witblijven’’
er op gesmeerd, die ook duidelijk zichtbaar waren. Voor het zicht wit, maar er onder gebeurde
het toch….. Alle pogingen om er een zomer van verschoond te blijven, mislukten
hopeloos. Altijd was het voor iedereen duidelijk. Je zag aan mij dat de zon op
buitentemperatuur was/is. Ik geef na 5 minuten buiten met zon aan mijn omgeving,
zonder spreken, door dat het buiten heel goed toeven was/is. Een last waar ik
al tegenop ga zien als het maart is.
Als hij nou
groot was, maar dat is hij helemaal niet, eerder klein. De zon moet er echt z’n
best voor doen. Zeker met al die voorzorgsmaatregelen, maar 1 straal is
speciaal voor mij gemaakt. Welke kant mijn wip opgaat, die straal gaat mee.
Altijd is na de eerste echt zomerse periode een rode aardbei te zien. Mijn
neus! Een bescheiden wippertje die altijd verbrandt en rood wordt. Knalrood. Zo’n
neus die aangeeft dat je de fles wijn moest leegdrinken of die krat koude biertjes
echt niet kon laten staan. Zo’n neus dat mensen aan je vragen of het een wild
avondje was de dag er voor. Dat ze je thee geven zonder te vragen wat je wilt drinken
en dan kijken naar je neus. Zeg nou zelf, ik heb nou niet zo’n neus die daar om
vraagt, hij steekt nergens uit, stelt zich bescheiden op en speelt vrolijk mee.
Ik heb met
meerdere dingen van mezelf op z’n tijd een wat mindere band, maar met de neus
zal het zomergevecht nooit meer overgaan. We moeten elkaar dan gewoon niet. Hij
kleurt ook niet leuk bruin op. Nee, dat is bruinig met van die stipjes…. Sproeten.
Gelukkig wordt voor mij de last dan een lust, want mensen zijn gek op sproeten.
Vinden ze schattig. Die neus is van een drankorgel veranderd in een
troetelmoppie. In die fase zit ik nu. De veranderfase. Die miezerregen en die
donkere wolken komen nu wel even goed uit…al komt de lichte lucht inmiddels erg
dichtbij. Dat wordt weer thee tijdens happy hour vanmiddag ben ik bang…
Tot blogs
Nak xx